Ik heb gisteren een ‘zintuiglijke wandeling’ gemaakt. Yep, een ‘zintuiglijke wandeling’. Ik zie nu lezers met licht fronsende wenkbrauwen of mild spottende glimlachjes voor me (ik was zelf ook ‘slightly sceptical’), maar.. het was hartstikke leuk! Het weer was heerlijk en de wandeling voerde ons door een prachtig bos via een weelderige kruiden- en moestuin in anderhalf uur tijd uiteindelijk weer retour kliniek. De verpleegkundige die de wandeling begeleidde wist één en ander over bomen, planten en bloemen te vertellen, gewoon no nonsense, niks zweverigs ofzo. Wél met voelen, ruiken en proeven. Vandaar dat ‘zintuiglijke’. Maar een boswandeling, zintuiglijk of anderszins, met een groepje addicts is sowieso niet zweverig, vaag of saai. We hebben geleerd en gelachen. En dat je, in pril herstel, ineens weer dingen waarneemt die je maanden, of misschien wel jaren, niet had opgemerkt is ons welbekend. Ik weet nog dat ik echt dacht dat ik -qua waarneming- van een zwart/wit televisie naar een kleurenTV was gegaan toen ik net in herstel was.
Behalve dat ik wandelend leerde of lerend wandelde, heb ik deze week geleerd over de CIWA-AR en hoeveel diazepam bij welke score, (medicinale) GHB en het afbouwen daarvan, dagopeningen en -afsluitingen, stoplichtplannen, methadon titreren op basis van de COWS scale, de Wet BOPZ en bijbehorende opnames, dat je beter af bent in fase 3 dan in fase 1, externaliseren, confabuleren, moreel beraad, dubbele diagnoses en uitbehandelde/chronische verslaafden.
Afgelopen maandag begonnen dus. Inmiddels werk ik een week als arts in een verslavingskliniek, niet te verwarren met het werken als verslavingsarts, want dat ben ik duidelijk (nog) niet. Al ruim twintig jaar dokter, en toch is het allemaal nieuw voor mij.
Mensen met ‘troubles’, mensen in de put, angstige mensen, agressieve mensen, mensen die er een zooitje van hebben gemaakt, mensen in de knel; ze zijn hier in alle soorten en maten. En ze worden verwacht, ze zijn welkom, ze zijn geen ‘onvoorzien gedoe’. Hier worden ze niet beleefd maar beslist de mond gesnoerd en ook worden ze niet meewarig genegeerd om weer zo snel mogelijk over te kunnen gaan tot de orde van de dag. Lees: het OK-programma. Want dat is strak gepland en die planning is, bijna, heilig. En daar passen mensen die ‘gedoe’ zijn niet in.
Hier zijn mensen met problemen -grote problemen want verslaafd en daarbij ook nog ernstig in de knel gekomen- de ‘core business’. Deze mensen, die in de verslavingszorg geen patiënten maar clienten heten, worden hier liefdevol opgevangen. Er wordt geluisterd, gevraagd, opgetekend, regels worden uitgelegd en grenzen gesteld, een plan wordt gemaakt. En ondertussen is er troost en begrip. Hier werken ‘praat- en luisterdokters’ (en idem zusters en broeders). En dat maakt deze ‘doe-dokter’ in de war. Niets van ‘efficiënt empathisch’ zijn (daar ben ik een meester in, al zeg ik het zelf) om via anamnese en onderzoek via conclusie en beleid aan monitor en infuus te geraken. De keuze tussen algehele anaesthesie, neuro-axiale blokkade of een locoregionale techniek. Hypotensie waarvoor fenylefrine of postoperatieve misselijkheid waarvoor Zofran. Niets van dat al.. Luisteren.. luisteren en de tijd nemen.
Het is niet dat deze ‘doe-dokter dat niet kan, maar dat bewaar ik normaliter voor thuis. Geliefden, vrienden, mijn ‘matties’; altijd heb ik een luisterend oor en een ‘big hug’ voor ze. Nou zijn de mensen die hier in de kliniek op mijn pad komen natuurlijk ook ‘matties’, maar nú even niet. In ieder geval anders. Want ik ben ook ‘de dokter’, verslaafd of niet. De dokter waarvan verwacht wordt dat zij enige orde gaat scheppen in de chaos die hun leven door hun verslaving geworden is en een helder licht op het te volgen pad naar herstel laat schijnen. En ik merk nu al dat dat de grootste uitdaging gaat zijn. Niet de logistieke en inhoudelijke kennis die ik nog op moet doen, maar juist het minder ‘doen’, minder ‘dokteren’. Want alle kennis ten spijt, deze gaat geen pasklare oplossingen bieden. Kennis en ervaring zijn eerder behulpzaam bij het samen zoeken naar de mogelijkheden tot herstel passend bij de cliënt. Kwetsbare mensen met vaak psychiatrische comorbiditeiten en sociaal-maatschappelijke issues. Ik moet mézelf dus meer in de strijd gooien, zónder mezelf uit het oog te verliezen..
De sublimatie van de ‘doe-dokter’ naar de ‘praat- en luisterdokter’.. ik houd jullie op de hoogte. 🙂
Voorlopig is deze ‘doe-dokter’ blij met het geduld en de tijd die de ‘praat- en luistercollega’s voor haar nemen. Én met een ECG dat beoordeeld moet worden, of de patiënt, sorry cliënt, die niet te prikken is 🙂