‘Vrouwen komen van Venus, mannen van Mars.’ Wie herinnert zich nog dat (zelfhulp-)boek van John Gray uit 1992? En als je je dat boek niet als zodanig herinnert, dan heeft iemand van de andere sekse deze zin vast weleens tegen je gemompeld op een moment van wederzijds onbegrip.
Als gevolg van dit boek met zijn opvolgers, een film, een TV-show en -serie, een dames- en herenkledinglijn, parfums, reisgidsen en zelfs ‘zijn-en-haar saladedressings’ is het -28 jaar later- in ieder geval een gevleugelde uitspraak.
Ik zou deze uitspraak willen parafraseren: ‘Psychiaters (psychologen etc.) komen van Venus en ik kom van Mars’ of andersom, daar wil ik niet moeilijk over doen. Of misschien wel, Mars was tenslotte de God van de Oorlog. 🙂
Tijdens de meetings wordt er gedeeld volgens een bepaalde formule; men laat elkaar uitpraten, jouw ‘share’ wordt dús niet onderbroken, er wordt niet inhoudelijk op ingegaan en men onthoudt zich van ‘crosssharing’. Je bent vrij om hoop, kracht en ervaring te delen, en dat doe je idealiter, maar je bent ook vrij om je gal te spuwen. Woede, pijn en verdriet mag je delen, mits binnen fatsoensnormen. Er wordt oordeelloos naar je geluisterd vanuit de gedachte dat het ‘je uiten’ in een veilige omgeving onder gelijkgestemden an sich al helend werkt. En dat doet het ook. 🙂
Hoe anders is het dan om in een omgeving te werken waarin het wemelt van de mensen die juist (be-)oordelen als vak hebben gekozen? En velen daar verdomd goed in geworden zijn ook. Weliswaar bedoeld om mensen in de knel te helpen, maar toch.. En daarbinnen een nieuweling te zijn, iemand die de taal niet spreekt (zie blog ‘Geneeskunde van de ziel’ van 4 april), de mores niet kent, de signalen niet oppikt. That’s me, daar ben ik inmiddels (gehutst en geblutst) wel achter. Na meer dan twintig jaar de OK als mijn habitat te hebben gehad, al was dat in verschillende landen en met collega’s van allerlei pluimage, ben ik op een andere planeet terechtgekomen, lijkt het wel.
‘It’s all about communication.’ Het woord ‘communicatie’ stamt van het Latijnse woord ‘communicare’ af en betekent ‘iets gemeenschappelijk maken’.. Ikke niet begrijp.
Als het gaat over ‘niet gemeenschappelijke communicatie’ (= wederzijds onbegrip?), die dus eigenlijk geen communicatie mag heten, herken ik veel in de verhalen die Rodaan Al Galidi vertelt in zijn boeken. Rodaan is een Irakese asielzoeker en zijn eerste boek ‘Hoe ik talent voor het leven kreeg’ verhaalt over zijn negen jaar, negen maanden en negen dagen in een AZC in de provincie. Ondanks dat hij veel zaken met humor beschrijft, lees je dit boek met het schaamrood op je kaken. Hoezo is Nederland een beschaafd land?
In zijn tweede boek, simpelweg ‘Holland’ geheten, heeft hij inmiddels een verblijfsvergunning en verhaalt hij over zijn queeste naar een plek in de (Nederlandse) samenleving. Zijn Nederlands is goed, dus de taal hoeft adequate communicatie niet in de weg te staan. Toch is het boek een even pijnlijke als hilarische aaneenschakeling van misinterpretaties en misverstanden..
Laatst vroeg één van de hooggeleerde heren en dames aan mij waarom ik eigenlijk de opleiding tot verslavingsarts doe. Zou ik niet veel beter de opleiding tot ervaringsdeskundige kunnen volgen? Ik werd nogal overvallen door die vraag. Ik ben al bijna 25 jaar dokter, ben dat geworden omdat ik me graag nuttig maak en graag mensen help (klinkt misschien simpel, maar daar komt het na al die jaren nog steeds op neer) en wil dat inmiddels ook graag op het gebied van middelengebruik/-misbruik doen. Daarvoor moet ik meer weten over verslaving en verslavingsgeneeskunde en daarom volg ik de opleiding tot verslavingsarts. Geen speld tussen te krijgen, toch?
Uiteraard ben ik tot deze keuze gekomen door mijn eigen verslaving en de ervaringen en inzichten die mijn herstel me hebben gebracht, maar de opleiding tot ervaringsdeskundige?
Toen ik mijn lief hierover vertelde werd hij boos. Hij vond de vraag een belediging en wond zich er zichtbaar over op. Ik was nog altijd alleen maar verbaasd.
Ik besloot bovenstaande voor te leggen aan mijn supervisor. Ook een nieuwe belevenis tijdens deze opleiding; je hebt recht op wekelijkse supervisie. En dat is dus géén werkbegeleiding. Dat vindt onafhankelijk van je werkzaamheden plaats en is er om jou te begeleiden in je groeiproces als professional (of zoiets, hihi).
Zij reageerde kort en krachtig toen ik zei dat mijn lief het een belediging vond. Ze zei: ‘Dat is het ook.’ Oké.. en dus? En waarom dan?
Ervaringsdeskundige? De opleiding tot.. Ik heb wel matties die een opleiding tot ervaringsdeskundige volgen, maar dat bevindt zich in mijn beleving toch meer op het niveau van een cursus tot intermediair of in de ‘patiëntenverenigingen-sfeer’.
Inmiddels geïntrigeerd door de vraag, of misschien eerder door de reacties die deze vraag uitlokte bij lief en supervisor, waag ik er een ‘googelmomentje’ aan.
‘Als ervaringsdeskundige weet je uit eigen ervaring hoe complex en individueel een herstelproces is. Je kent het herstelproces van binnenuit en bent bekend met belangrijke begrippen als empowerment en stigmatisering. Je maakt de vertaalslag tussen de leefwereld van de cliënt en de wereld van beleid en diagnostisering. Zo maak je de praktijk meer bewust van de afstand die de cliënt ervaart met de professionele hulpverlener.’ Aldus de Hogeschool van Amsterdam op hun site over ‘Ervaringsdeskundigheid in Zorg en Welzijn’.
Allemaal waar, dus ik zie hierin juist een ‘win-win’ situatie. Dat allemaal ‘van binnenuit’ te weten en daarbij een hele goede professionele hulpverlener te zijn (worden). Hoe gaaf is dat? Ik voel me meteen ‘empowered’. 🙂
En ben nog gemotiveerder om op een zorgvuldige en effectieve manier binnen de GGZ te leren communiceren. Want volgens Wiki is communicatie niet alleen een sociale activiteit, maar gaat het ook om het resultaat van het contact.