Zeven weken (Ik had gezegd zes weken -> Foei, dame!), en zeven inspirerende, herkenbare en ontroerende gastblogs later, klap ik mijn laptop open om weer zelf het woord tot jullie te richten.
Nog een beetje stil van de gastblog van vorige week van mijn liefste lief; over leven met een herstellende verslaafde.
Behalve dat ik het altijd pittoreske Lochem đ en het waarlijk adembenemende Vlieland heb mogen ontdekken, is er ook op herstelgebied veel gebeurd in de zomervakantie.
Ten eerste heb ik Stap 4 geschreven: âWij maakten een grondige en onbevreesde morele inventaris van onszelf op.â Als een berg tegenop gezien, enorm tegen aan lopen hikken. In mijn hoofd liet ik al weken het verleden -de tijd van actieve verslaving- de revue passeren en langzaam had zich een bal van pijn en verdriet in mijn buik genesteld. Een bal die niet meer wegging, een bal die groter en groter werd, gevoed door de angst om, bij het oprakelen van de pijn en het verdriet uit het verleden, erin te zullen verdrinken. De bal breidde zich uit naar mijn borst. De âdromen overâ werden frequenter en heviger.
Toen ik mezelf voor de derde keer op een meeting hoorde delen over hoe ik er tegenop zag om de vierde stap te schrijven was ik er klaar mee. Ben jĂjÌ nu een Feyenoorder? Waar blijven de daden dan??!? Ik ging er twee avonden en een zondagochtend voor zitten en Stap 4 was af.Â
De opluchting begon al bij de voorbereiding; het lezen van Stap 4 in de âBasic Textâ. Zinnen als: âAls we eenmaal bij deze stap aankomen, zijn de meesten van ons bang dat er een monster in ons zit dat, eenmaal vrijgelaten, ons zal vernietigenâ en âvoor de meesten van ons was het verleden een spook op zolder en we waren bang die zolder op te gaan uit vrees voor wat dat spook ons zou kunnen aandoenâ, deden me glimlachen van herkenning. De zinnen: âDeze stap heeft de reputatie moeilijk te zijn, in werkelijkheid is hij tamelijk eenvoudigâ en âde manier om een inventaris te schrijven, is hem te schrijven! Het denken over.. theoretiseren over.. en praten over de inventaris, zal hem niet op papier doen verschijnenâ, maakten me daadwerkelijk aan het lachen.
Ik was wederom niet uniek, maar dus ook niet alleen met mijn angst en vrees. Alles was al bedacht, opgeschreven zelfs, en velen waren mij voorgegaan.
EĂ©n van de laatste zinnen die ik las âals we bidden en actie ondernemen gaat het altijd beter met onsâ, bleek tijdens het schrijven ongelofelijk waar. Na het beantwoorden van de laatste vraag: âIs er iets in mijn inventaris wat ik heb verzonnen, of zijn er verhalen die ik keer op keer verteld heb, maar waar niets van klopt?â met een eerlijke âneeâ, viel er een ongelofelijke last van mijn schouders. De âbalâ was verdwenen.
Ook belde er een journalist van de Volkskrant. Zij had het Medisch Contact van 28 november 2019 al maanden op haar bureau liggen. Onder de indruk van mijn verhaal wilde ook zij mij interviewen. Het resultaat staat deze zaterdag in de krant. Ze heeft er een integer verhaal over hoop en herstel van gemaakt. Hopelijk dus ook weer een bijdrage in de strijd tegen het stigma op verslaafde dokters en verslaafden in het algemeen. Nu maar hopen dat de fotoâs âInsta-waardigâ zijn.. đ
In mijn laatste blog van 17 juli schreef ik dat ik met heimwee terugdacht aan de tijd voordat ik online was en ik nog alle vrijheid had om erop los te schrijven. Dat ik geĂŻrriteerd geraakt was door de, door mij gevoelde, beperkingen tijdens mijn klinische stage. Nou, die is ten einde en ik ben begonnen op een nieuwe stageplek. đ En aan het laatste jaar van de opleiding tot verslavingsarts..
Na voornamelijk de dokter van en voor opgenomen verslaafden te zijn geweest, mag ik nu gaan leren van, en zorgen voor, de los lopende verslaafde medemens. Werkzaam in een multidisciplinair team mag ik, samen met collegaâs of alleen, van hot naar her crossen om kwetsbare mensen in gebruik of in herstel te bezoeken. De vrijheid van door de stad fietsen met de wind in mijn haar, en een goede koffie to go op zijn tijd, alleen al!
Maar ook het leren kennen van patiënten in hun thuissituatie (of het gebrek daaraan..); het hele plaatje en de uitdagingen op bijvoorbeeld somatisch, sociaal en financieel gebied die dat geeft. Dat de ziekte verslaving misschien begint in het brein, maar dat de gevolgen niet beperkt blijven tot de geest..
Ik zal mijn waaier âmotiverende gesprekstechnieken in een notendopâ continu paraat moeten houden en de doelen realistisch, want het zijn de doelen van de patiĂ«nt, niet de mijne, en dus klein moeten houden. âGrote stappen, snel thuisâ is er niet bij, helaas. Voor een oplossingsgericht iemand als ik een absolute uitdaging.
Ik kwam laatst bij ânotitiesâ in mijn telefoon het lijstje met âC2H5OH succesverhalenâ tegen. Daarop hield ik in pril herstel bij wat (en wie!) ik allemaal had overleefd, want dat was het toen nog vaak, zonder weer aan de zuip, of anderszins, te gaan. Dat lijstje staat vol met âsuccesjesâ waar ik nu om moet lachen of niet eens meer bij stil sta. Zover ben ik dus, in tweeĂ«neenhalf jaar tijd, gekomen. Dat stemt tot dankbaarheid en nederigheid. Net zoals het feit dat ik me weer lekker zelf tot jullie mag richten.
Fijne week! đ