Mijn -zeer korte- blog van vorige week heeft een aantal trouwe lezers aan het schrikken gemaakt. Lief, heel lief, maar onnodig. Gelukkig. 🙂
Misschien was het door de combinatie met het thema ‘grenzen’ of ‘grenzen stellen’. Het was een topic op één van de laatste live meetings die ik bezocht, inmiddels alweer een week of twee geleden. Er waren twee mooie shares over.
Een fellow met een clean-tijd van een fors aantal jaren zei: ‘Vroeger ging ik er prat op dat ik geen grenzen had. Met mij kon je alle kanten uit. Maar áls je dan te ver ging, dan zou je het weten ook, en dan was ik helemaal klaar met je. Voorgoed. Nu vind ik dat soort stoere en definitieve uitspraken helemaal niet meer nodig. Waarom zo rigoureus? Waarom niet in alle rust aan mensen aangeven dat je iets niet leuk of prettig vindt of vond. Zodat het er helemaal niet van hoeft te komen dat het zo hoog oploopt of dat je ‘er’ helemaal klaar mee bent.’
Een andere fellow, met enkele maanden op de teller vroeg zich oprecht of waar zijn grenzen lagen. Dit topic stemde tot nadenken, zei hij. Hij had nog niet eerder nagedacht over ‘grenzen’, ‘zijn grenzen’. Ik vond allebei de shares heel herkenbaar.
En besloot vorige week monter, met de 623 dingen die ik nog doen moest terwijl ik toch echt geen werk mee wilde nemen naar Vlieland (was ook mijn belofte aan lief), dat mijn blog er dan maar een keertje bij in moest schieten.
Vlieland was héérlijk, by the way. De zee, de wind, de zon (ja, zelfs die) en zóveel ruimte. Onder andere het boek ‘De avond is ongemak’ van de eerste Nederlandse Booker International Prize winnares Marieke Lucas Rijneveld uitgelezen. Wat een schrijnend en beklemmend boek. Regelmatig op het ranzige af en in ieder geval niet om vrolijk van te worden. Maar dat terzijde.
Als het om grenzen gaat ben ik ook nog lerende. Ik vond (en vind, als ik heel eerlijk ben) mensen die maar de hele tijd grenzen aan het aangeven zijn, nogal sneue types. Van die zeikerds, liever lui dan moe enzo. Er moet gewoon gewerkt worden en geholpen waar nodig.
Verder dacht ik bij ‘grenzen’ ook aan jongens en mannen die over je grenzen heen gaan; seksuele ongewenste intimiteiten etc. Nou dat ging bij mij natuurlijk niet gebeuren. Ik was altijd overal voor in, en zo niet, of met jou niet, dan kreeg je klappen. Makkelijk zat.
Deze zeer genuanceerde mening heeft er lang voor gezorgd dat ik inderdaad geen flauw idee had waar mijn grenzen lagen. Of er pas achter kwam als ik, of een ander, er al overheen gegaan was. En door de shares van mijn fellows kwam ik erachter dat dat eigenlijk nog steeds zo is. Ondanks de belofte aan jullie -en dus indirect aan mezelf- in mijn blog van 10 juli 2019 (!) om er op terug te komen. Beter laat dan nooit, zoals ik al schreef.
Maar het is wel een onderwerp dat vele facetten heeft. En -uiteraard- is het een proces. Wel een proces waarin ik, ondanks er niet zo bewust mee bezig te zijn geweest, vorderingen gemaakt heb. Onder andere omdat ik beter luister naar mijn gevoel, accepteer dat dat er is, dat dat er ‘mag’ zijn. Al een heel ding voor mij, hoor. En mijn hoofd heeft nog steeds, nog altijd, nog bijna volcontinu, een mening.
En dingen uitspreken als ze je ‘slechts’ een onprettig gevoel geven, als iets ‘niet oké’ voelt, is zóveel moeilijker dan gewoon pislink worden, iemand verrot schelden en ‘er’ helemaal klaar mee zijn.
Dan moet je stil staan bij dat gevoel en nadenken over waarom je dat zo voelt. Dat heeft dan bijvoorbeeld met grenzen te maken. Dat is al confronterend als je hoofd ‘gewoon tegen’ is, maar nog confronterender is het als je dat dan ook nog moet gaan uitspreken naar mensen. Voorlopig oefen ik met name op mijn lief, hihi.
Eén van mijn matties is dood. Ze was pas zeventwintig. Nee, niet aan Corona. Je zou het haast niet denken maar mensen gaan ook nog steeds aan andere dingen dood. Aan hun verslaving bijvoorbeeld. Waarvoor de hulp sedert Covid-19 mondjesmaat en moeizaam is, zoals we inmiddels allemaal wel weten. Mijn ouders daarentegen zijn niet dood. Terwijl zij beide ‘Corona-slachtoffers’ van een respectabele (dus risico-) leeftijd zijn.
De titel van deze blog is dus wederom: K*Corona! De derde en de laatste.
De buurthuizen zijn weer open; de meetings kunnen (gelukkig!) weer doorgaan. Maar belangrijker is dat ik mijn woede over het totaal onnavolgbare, onredelijke en van onvermogen getuigende beleid van de overheid de baas ben. In ieder geval voor nu. 🙂
Ik houd namelijk sedert deze maand iedere woensdagavond open huis voor alle matties/fellows en ieder ander die behoefte heeft aan gezelschap, kop koffie/thee met lekker koekje, gewoon een praatje of goed gesprek.
Dat ik hierin mijn eigen modus heb gevonden en iets kan doen, voelt zóveel beter dan dat lijdzaam afwachten wat er nu weer voor buitenproportionele onkunde vanuit het Haagse over ons heen wordt uitgestort. Kritisch zijn is goed; iets positiefs en opbouwends daar tegenover zetten is beter!
Voor degenen die zich nu zorgen maken over torenhoge boetes: Maximaal twee mensen uitnodigen is slechts een dringend advies en men handhaaft niet achter de voordeur.
Voor de mensen die hier ook weer van alles van vinden: F* niet alleen Corona maar ook you!